Pagina 7 van 10
In 1951 richtten België, (West-)Duitsland, Frankrijk, Italië, Luxemburg en Nederland de EGKS op. Daarna werkten deze landen steeds meer met elkaar samen op economisch gebied. Met name maakten ze het makkelijker om handel met elkaar te drijven. In die tijd was handel drijven over de grens niet zo simpel. Je moest aan de grens heffingen betalen om goederen mee te kunnen nemen. Ook mocht je niet altijd zoveel de grens over brengen als je wilde.- Om die handelsbelemmeringen weg te halen, richtten de landen van de EGKS in 1957 de Europese Economische Gemeenschap of EEG op.
- Het werkterrein van de EEG breidde zich uit en in 1967 wordt de EEG omgezet in de Europese Gemeenschap (EG). Andere landen sloten zich bij de EG aan. Zo werden in 1973 Denemarken, Groot-Brittannië en Ierland lid van de EG.
- In 1992 werd de EG omgedoopt in de Europese Unie (EU). Het laat goed zien dat de samenwerking tussen de landen steeds hechter wordt en dat meer en meer zaken niet meer per land worden geregeld, maar binnen de samenwerking. Denk aan milieu of aan veiligheid.
- Ook kwamen er steeds meer landen bij de EU, in 2004 zelfs tien tegelijk. Nu zijn 27 landen lid van de EU. Groot-Brittannië heeft in 2020 de EU verlaten.