In bijna iedere oorlog ontstaat er collateral damage, schade die bij een aanval onbedoeld wordt aangericht aan objecten die geen deel uit maken van het doelwit van de aanval. Ook vallen er soms slachtoffers onder burgers, mensen die zich vlakbij een aangevallen doelwit bevinden en zelf niet deelnemen aan gevechtshandelingen tijdens de oorlog. Vaak is bij het beramen van een aanval al te voorzien dat er burgerslachtoffers kunnen vallen en dat er collateral damage kan ontstaan.
Moet in zo’n geval de aanval doorgezet worden omdat het strategisch belang van het beoogde resultaat hiervan zo groot is dat het zwaarder moet wegen dan het risico voor mensen en hun bezittingen vlakbij het doelwit? Of moet de aanval niet doorgaan omdat de veiligheid van die burgers en hun bezittingen zwaarder moetwegen?
Leerlingen krijgen dit dilemma voorgelegd aan de hand van het voorbeeld uit juli 1943 van de bombarddementen op de Fokker-fabriek in Amsterdam-Noord dat midden in een woonwijk stond.
Plan van aanpak
Voor deze les trekt u 1 uur uit.
Eerst nemen de leerlingen de bronnen door. Laat de dat in tweetallen doen opdat iedere leerling niet alle bronnen hoeft door te nemen. Ruim hiervoor ½ uur in.
Bij die bronnenstudie geeft elk tweetal voor zichzelf antwoord op de vragen in ‘Opdracht’. Geef ze daar enkele minuten de tijd voor.
Daarna laat u iedere leerling een briefje pakken uit de doos. Aan de hand van die briefjes maken de leerlingen de groepen A, B en C. mdat doen ze aan de hand van vraag 1, 2 en 3 in ‘Opdracht’.
- Vindt een leerling dat het antwoord op vraag 1 ‘Ja’ moet zijn, dan schrift hij kort uit waarom hij dat vindt. Hij hoeft dan geen antwoord te geven op vraag 2 en 3. Hij sluit zich aan bij groep A.
- Vindt een leerling dat het antwoord op vraag 1 ‘Nee’ moet zijn, dan geeft hij antwoord op vraag 2. Is dat antwoord ‘Ja’, dan schrijft hij kort op waarom. Vraag 3 hoeft hij dan niet te beantwoorden. Hij sluit zich aan bij groep B.
- Zijn de antwoorden op de eerste en tweede vraag ‘Nee’, dan geeft hij kort antwoord op vraag 3. Hj sluit zich aan bij groep C.
Van iedere groep bespreken de leerlingen de notities die ze hebben gemaakt met elkaar. Daarna vaardigt iedere groep een lid uit voor de paneldiscussie in de klas waarmee u deze opdracht afsluit. Trek voor die discussieeen kwartier uit en geef andere leerlingen de gelegenheid m vragen te stellen aan het panel.
De bedoeling is dat de panelleden proberen het eens te worden over het antwoord op vraag 4. Mocht dat niet lukken, dan is het helemaal niet erg. Met het dilemma waar de planners van de aanval op de Fokker-fabriek voor stonden, hebben veel militairen, zeker die van hoge rang vroeg of laat in hun carrière mee komen te worstelen.”
Uitwerking
De Geallieerden probeerden de Fokker-fabriek te bombarderen omdat die vliegtuigen leverde aan de Duitse luchtmacht.
De eerste en de derde aanval mislukten omdat fabriek gecamoufleerd was en er vanuit de lucht uitzag als een woonwijk en omdat de pioloten die deze aanvallen uitvoerden, weinig ervaring hadden met het uitvoeren van bombardementen vanuit de lucht.. Daardoor en omdat de fabriek midden in een woonwijk stond, vielen er voral tijdens de eerste aanval veel burgerdoden en werd er veel schade aangericht in de wijk.
Van belang is ook te weten dat sommige mensen die in die wijk woonden tijdens de bombardementen, begrip hadden voor het feit dat de fabreik als doelwit wer gekozen en aangevallen en achteraf geen wrok koesteren tegen de piloten die de eerste aanval op de fabriek hebben uitgevoerd. Een geïnterviewde getuige vond het terecht dat de fabriek als doelwit was gekozen, een andere sprak tijdens het interview haar afkeuring uit over Geallieerde bombardementen in Duitsland waarbij bewust woonwijken als doelwit waren gekozen.
Eindtermen voor HAVO
Domein D: Binding (binnen een specifieke context)
Subdomein D3: Bedreigingen voor de bindingen in de samenleving binnen een specifieke context
16. De kandidaat kan in hoofdlijnen aangeven welke potentiele bedreigingen binnen een specifieke context zijn afgenomen respectievelijk toegenomen en welke invloed deze bedreigingen hebben op bindingen in de samenleving.
Eindtermen voor VWO
Deze les sluit niet aan bij enige eindterm voor VWO.