Voor het omvormen van de Verenigde Naties tot een wereldregering is al aan één belangrijke voorwaarde voldaan: vrijwel ieder land is lid van de Verenigde Naties. Hierdoor kan, ‘wereldstaatsrechtelijk’ gesproken, theoretisch de kortste weg worden bewandeld om die omvorming uit te voeren. Als dat eenmaal gedaan is, kunnen alle lidstaten stemmen voor een 'wereldunie'. Zoiets hebben een aantal Europese landen ook gedaan toen ze de voorlopers van de Europese Unie in het leven riepen, te beginnen met de oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal in 1951.
In een wereldregering zou de Algemene Vergadering een wereldparlement zijn, de Veiligheidsraad een wereldkabinet en zouden gespecialiseerde organen van de VN de rol krijgen van wereldministeries. De UNESCO bijvoorbeeld zou dan het wereldministerie voor Onderwijs, Wetenschap en Cultureel Erfgoed worden en de Food and Agriculture Organization die van wereldministerie voor Voedsel en Landbouw. Het Internationaal Gerechtshof draagt omwille van de scheiding der machten zorg voor onafhankelijke rechtspraak.
Angela Merkel en vijf internationale instellingen vragen mondiale oplossingen
Dit artikel werd gepubliceerd terwijl de wereld worstelde met de financiële crisis die in 2008 was begonnen.
“Een mondiale crisis vraagt om mondiale oplossingen”, zo begint de gemeenschappelijke verklaring van de Duitse bondskanselier Angela Merkel met de hoofden van de OESO, IAO, IMF, WTO en Wereldbank.
Daarvoor is een mondiaal bestuurskader nodig. De mondiale financiële instellingen moeten effectief de wereldeconomie steunen, en moeten ook opkomen voor arme landen en kwetsbare bevolkingsgroepen.
De strijd tegen klimaatverandering, tegen armoede en voor open wereldhandel blijven topprioriteiten. “Bij de oprichting van de VN kwam er niet enkel een Veiligheidsraad, maar ook een Economische en Sociale Raad”, zo vervolgt de verklaring. “Men maakte een heldere keuze voor een economie, die onze sociale ambities voor de wereld moet ondersteunen.
Maar we zijn daarna wel zo dwaas geweest om hem onmachtig te houden. Waarop wachten we om die Economische en Sociale Raad de leiding toe te vertrouwen van het sociaal-economische wereldbeleid? Waarom geven we niet meteen ook ecologie mee als bevoegdheid en noemen we hem de Ecologische, Sociale en Economische Raad, zodat hij op al die terreinen kan functioneren als een soort wereldregering?
Die leiding moet die Raad natuurlijk ook nemen ten aanzien van IMF, Wereldbank en WTO. Het is de aangewezen manier om deze falende instellingen aan banden te leggen en, beter nog, hen te verplichten werk te maken van een wereldeconomie die mens, maatschappij en milieu respecteert.”
Naar een artikel met deze titel op Angela Merkel en vijf internationale instellingen vragen mondiale oplossingen, gepubliceerd op 24 februari 2009.
Hieronder volgen enkele teksten van de Wereldfederalisten Nederland van omstreeks 2010:
Wereldfederalisten NederlandDe huidige VN heeft geen uitvoerende macht, geen rechtstreeks gekozen afgevaardigden en slechts weinig beslissingsbevoegdheden. Het vetorecht van de vijf permanente leden van de Veiligheidsraad verlamt de daadkracht van de volkerenorganisatie. De meest begaanbare weg naar een wereldregering is desondanks een hervorming van de Verenigde Naties. Oprichting van een nieuwe organisatie lijkt een doodlopende weg.
Het Handvest van de VN bevat namelijk de mogelijkheden om tot herziening te komen. Stap voor stap, in de loop van enkele decennia, moet het mogelijk zijn om tot een effectieve wereldregering te komen.
Op korte termijn kan aan een groot aantal zaken gewerkt worden. Het functioneren van de huidige gespecialiseerde organisaties, zoals de FAO en de Unesco, moet kritisch worden bekeken. Men moet niet aarzelen om zo nodig de bezem te halen door verkokerde en verstarde bureaucratieën, die het draagvlak voor de uitbreiding van taken en bevoegdheden voor de VN ondermijnen.
Verdere stappen
Voor verdergaande stappen is een herziening van het Handvest van de Verenigde Naties nodig. Daarbij zou de positie van de secretaris-generaal versterkt kunnen worden en een parlementaire VN-vergadering worden ingesteld. Voor de financiering kan gedacht worden aan een VN-belasting, in de vorm van een promillage/percentage van de BTW-belasting in de lidstaten. Deze komt in de plaats van de eindeloze discussie over het aandeel van elk land in de kosten van de VN en de daarmee gepaard gaande betalingsachterstanden.