Aanvankelijk hadden milieu- en klimaatvraagstukken niet of nauwelijks een plek op de agenda van de Verenigde Naties. Dat veranderde in 1972 toen het rapport ‘Grenzen aan de groei’ van de Club van Rome verscheen. Hierin werd de wereldwijde ontwikkeling van 1900 tot 1970 in kaart gebracht en doorgetrokken naar de toekomst. De uitkomst was schokkend: onze natuurlijke hulpbronnen zouden binnen afzienbare tijd zijn uitgeput en dat zou een einde maken aan de economische groei.
De VN gingen meteen aan de slag met deze boodschap. Op 5 juni 1972 hielden ze de eerste milieuconferentie. Daarom houden de VN vanaf 1974 ieder jaar op 5 juni Wereldmilieudag.
Daarna volgden er meer van die conferenties, bijvoorbeeld in 1992 in Rio de Janeiro, een stad in Brazilië. Er verscheen ook een vervolg op ‘Grenzen aan de groei’, getiteld ‘De grenzen voorbij’. Tijdens de milieuconferenties maakten de lidstaten van de VN afspraken om afval, vervuiling en ook andere problemen te bestrijden. Ook gaan ze na wat er van eerdere afspraken terecht is gekomen.
In 1972 richtte de VN de milieuorganisatie UNEP (United Nations Environment Programme) op. De UNEP helpt ontwikkelingslanden met het aanpakken van vervuiling, het tegengaan van vernietiging van bossen en andere natuurgebieden, het bestrijden van uitstoot van broeikasgassen en de aanpak van andere milieuproblemen.
De UNEP heeft binnen de VN een relatie met andere VN-organisaties. In 1988 bijvoorbeeld kwam met medewerking van de UNEP het Montreal-protocol tot stand. Dat is een afspraak tussen landen om het gebruik te stoppen van cfk's en andere stoffen die de ozonlaag aantasten.
Ook ondersteunt de UNEP wetenschappelijk onderzoek naar veranderingen in het milieu en problemen die daarbij optreden. Zo richtte de UNEP in 1988 samen met de Wereldorganisatie voor Weerkunde WMO het Intergovernmental Panel on Climate Change IPCC op. Het is een internationale studiegroep van wetenschappers. Het IPCC onderzoekt het klimaat op aarde. De studiegroep wil vooral weten of het klimaat verandert, en zo ja, wat daarvan de oorzaken zijn en wat de gevolgen ervan zijn voor mensen wereldwijd.
Inmiddels is het IPCC er van overtuigd geraakt dat de aarde aan het opwarmen is, en dat de mens een hoofdrol speelt in de steeds verdere toename van de uitstoot van CO2 en andere broeikasgassen. Om die uitstoot te beteugelen, maakten de lidstaten van de VN telkens nieuwe bindende afspraken met elkaar, zoals in Kyoto in 1997 en in Parijs in 2015
Ten slotte hebben de VN in 2015 zeventien Duurzame Ontwikkelingsdoelen opgesteld die ze in 2030 behaald willen hebben. Hiervan hebben er maar liefst vijf min of meer betrekking op het milieu en/of het klimaat. Dat zijn:
11. Maak steden en menselijke nederzettingen inclusief, veilig, veerkrachtig en duurzaam.
12. Zorg voor duurzame consumptie- en productiepatronen.
13. Neem dringend actie om klimaatverandering en haar impact te bestrijden.
14. Behoud en maak duurzaam gebruik van de oceanen, de zeeën en maritieme hulpbronnen.
15. Bescherm, herstel en bevorder het duurzame gebruik van ecosystemen, beheer bossen duurzaam, bestrijd woestijnvorming en landdegradatie en draai het terug, en roep het verlies aan biodiversiteit een halt toe.