Het Molukse perspectief


In januari 1942 viel Japan Nederlands-Indië binnen. Op 8 maart 1942, toen ook Java door de Japanners was bezet, gaf Nederlands-Indië zich aan Japan over. Vervolgens bleef Nederlands-Indië door Japan bezet tot Japan zich op 15 augustus 1945 overgaf aan de Geallieerden (VS, Australië en Groot-Brittannië).

Tijdens de Japanse bezetting wilden veel bewoners van de kolonie die niet van Nederlandse afkomst waren, van het Nederlandse gezag af. Ze wilden van de kolonie een zelfstandig land maken. Ze hoopten dat Japan hen daarbij zou helpen.

Maar de leden van een van de volken in de kolonie, de Molukkers, waren van oudsher trouw aan het Nederlandse gezag en bleven dat ook tijdens de Japanse bezetting. Ze waren zelfs bereid om te vechten voor Nederland en het toenmalige Nederlandse staatshoofd koningin Wilhelmina.

moluksesoldatenMolukse soldaten

 


 
opdrachtHoe beleefde deze groep Molukkers de Japanse bezetting? Dat gaan jullie uitzoeken. Daarvoor kijk en luister je naar verhalen van vier Molukkers die na de bezetting naar Nederland zijn verhuisd. Hun verhalen zijn verdeeld over acht interviews.

Jullie schrijven artikelen voor een krant over het resultaat van jullie onderzoek en stellen daarmee een speciaal dossier samen met de naam van de opdracht als overkoepelende titel.

 


 
werkinuitvoeringeenuurVoor deze opdracht krijg je 1 lesuur de tijd. We verdelen de klas in acht groepen. 

Iedereen leest Bron: Vier Molukkers. Daarna kijkt iedere groep een van de acht interviews over deze thema's:

  1. De Jappen komen eraan
  2. Schuilen voor luchtaanvallen
  3. Op de vlucht voor oorlogsgeweld
  4. Onderwijs op zijn Japans
  5. Waarom je beter niet met de Japanse politie in aanraking kon komen
  6. Gevangene van de Japanners
  7. Houding tegenover de Japanners tijdens en na de bezetting
  8. Onbegrip van Nederlanders als dank voor trouw aan koningin en Nederland

Schrijf aan de hand van de steekwoorden je artikel (maximaal 1/3 A4tje). Bedenk bij dit artikel een pakkende titel die de inhoud van het artikel goed weergeeft en de nieuwsgierigheid van de lezers wekt.

Als we de acht artikelen samenvoegen (door de docent) hebben jullie een mooi krantendossier.

 


 
H.Y.B. Aponno is in 1935 in Yogyakarta geboren. Ze moest vaak verhuizen omdat haar vader telkens naar een andere werkplek werd overgeplaatst. Dat gebeurde omdat hij dienst deed in het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger of kortweg KNIL. Zoals de naam al zegt, was dit leger in Nederlands-Indië gestationeerd. Het stond onder Nederlands gezag. Bij het begin van de Japanse bezetting woonde mevrouw Aponno met haar familie in Surabaya en was ze leerlinge van een Europese school. Dat is een school in Nederlands-Indië waar alleen leerlingen van Nederlandse afkomst zaten en leerlingen wier ouders net als die van Aponno als Nederlander gelijkgesteld waren (= zich Nederlander mochten noemen).

Gustaa Eduard Onkiehong is in 1919 geboren op Ternate, een eiland van de archipel van de Molukken. Kort na zijn geboorte verhuisde hij met zijn familie naar Ambon, een ander eiland van de archipel. Daar had zijn vader een eigen bedrijf met onder meer een scheepswerf. Op zijn twaalfde werd hij naar Java gestuurd om daar naar school te gaan. Hij woonde met een broer op kamers in Bandung en volgde een opleiding tot werktuigbouwkundige toen de Japanse bezetting begon.

viermolukkers

L.J.H. Robijn-Kaihatu is in 1926 geboren in Batavia (nu Jakarta). Ze ging naar een Europese school. Haar vader zat bij de KNIL en zij zat op een MULO-school (de MULO is een voorloper van het VMBO) toen de Japanners Nederlands-Indië aanvielen.

Jacoba Salampseey Talakua is in 1931 in Surabaya geboren. Haar vader zat bij de Nederlandse marine. Hij deserteerde toen zijn oorlogsschip de HM Jansen door Japanners werd gebombardeerd en keerde terug naar Surabaya waar zijn kinderen woonden (zijn vrouw was in 1937 overleden).

De veir Molukkers komen in minstens twee fragmenten van de interviews aan het woord.

 


 

 


 

 


 

 


 

 


 

 


 

 


 

 


 

 


 
malukuHet Museum Maluku heeft Molukkers geïnterviewd die de Japanse bezetting van Nederlands-Indië hebben meegemaakt en de periode na de bezetting waarin deze kolonie het onafhankelijke land Indonesië werd. Van deze Molukkers is een aantal in 1951, dus na de bezetting en de dekolonisatie van Nederlands-Indië, naar Nederland verhuisd. De andere geïnterviewde Molukkers zijn in Indonesië blijven wonen. Het Museum Maluku heeft zowel Molukkers die in Nederland zijn gaan wonen als Molukkers die in Indonesië zijn gebleven uitgekozen om te interviewen om aan te tonen dat deze twee groepen niet op dezelfde manier aankijken tegen de bezetting en de dekolonisatie van Nederlands-Indië.

Van de geïnterviewde Molukkers die naar Nederland zijn verhuisd, hadden de meeste zich gekeerd tegen de Japanse bezetters en daarna tegen de mensen die streden voor onafhankelijkheid van de Nederlandse kolonie. Ze hadden een speciale band met Nederland. Ze zaten in het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger KNIL of dienden Nederland op een andere manier. Andere geïnterviewde Molukkers voelden zich minder sterk verbonden met Nederland en stonden minder onwelwillend tegenover de Japanse bezetters. Enkelen van hen waren zelfs bereid om voor deze bezetters te werken.

Van deze interviews zijn er een aaltal geplaatst op www.getuigenverhalen.nl.

 


 
Tijdens de Japanse bezetting van Nederlands-Indië tussen maart 1942 en augustus 1945, toen de Tweede Wereldoorlog aan de gang was, ontstond onder inwoners van deze kolonie die van geheel Indonesische afkomst waren het streven naar onafhankelijkheid van Nederland. Van de mensen van Molukse afkomst in de kolonie bleven sommigen juist loyaal aan Nederland en het Nederlands gezag onder leiding van toenmalig staatshoofd koningin Wilhelmina.

Uitwerking:
De Japanse bezetting van Nederlands-Indië was voor de bewoners van de kolonie een tijd van onderdrukking en geweld. Mannen liepen gevaar te worden opgepakt en gevangen gezet. Mensen die verzet pleegden tegen de bezetters liepen eveneens gevaar te worden opgepakt en gevangen gezet. De Molukkers die Nederland als KNIL-soldaat of op een andere manier dienden en hun families kregen alle ellende van de bezetting voor hun kiezen. Bovendien zijn er veel KNIL-soldaten gesneuveld tijdens de Japanse inval in en de bezetting van Nederlands-Indië. Één van de geïnterviewden laat weten dat lang niet iedere Nederlander oog heeft voor de ellende die Molukkers, die een speciale band met Nederland hadden, hebben doorstaan onder de Japanse bezetting. Dat vindt ze vooral zuur omdat die band meer dan driehonderd jaar heeft bestaan. Ze verwijt Nederlanders dat die alleen oog hebben voor de ellende die zijzelf moesten verduren tijdens de Duitse bezetting van Nederland en voor de Jodenvervolging tijdens die bezetting.

Kerndoelen:
37 De leerling leert een kader van tien tijdvakken te gebruiken om gebeurtenissen, ontwikkelingen en personen in hun tijd te plaatsen. De leerling leert hierbij over kenmerkende aspecten van de volgende tijdvakken;
- tijd van wereldoorlogen (1900-1950)

De leerling leert daarbij in elk geval de relatie te leggen tussen de gebeurtenissen en ontwikkelingen in de 20e eeuw (waaronder de Wereldoorlogen en de Holocaust), en hedendaagse ontwikkelingen. De vensters van de canon van Nederland dienen als inspiratiebron voor de behandeling van de tijdvakken.

40 De leerling leert historische bronnen te gebruiken om zich een beeld van een tijdvak te vormen of antwoorden te vinden op vragen, en hij leert daarbij ook de eigen cultuurhistorische omgeving te betrekken.

 


 

  • De leerlingen kennen het begrip ‘KNIL’of ‘Koninklijk Nederlands-Indisch Leger’.
  • De leerlingen hebben gezien dat sommige Molukkers in Nederlands-Indië loyaal stonden tegenover Nederland tijdens de Japanse bezetting;
  • De leerlingen hebben gezien welke gevaren en problemen de Japanse bezetting van Nederlands-Indië met zich meebracht voor deze Molukkers.
  • De leerlingen hebben gezien dat het voor Molukkers tijdens de Japanse bezetting gevaarlijk was om openlijk voor hun loyaliteit jegens Nederland uit te komen.

 


 
De opdracht is goed gemaakt als:

  • elk artikel en elke podcast een helder beeld geeft van een aspect van de Japanse bezetting zoals gezien door de geïnterviewde die erover vertelt;
  • het artikel of de podcast is in correct Nederlands is geschreven of gesproken;
  • elk artikel en elke podcast een pakkende titel heeft die die de lezer of de luisgerar prikkelt;
  • de opmaak van de krant overzichtelijk is.

 

verwante lessen

Login Form