Ik en mijn prothese


prothese beenJe schoenen aantrekken, even een sprintje trekken, jezelf aan- of uitkleden, in- en uitstappen in bus, tram of trein. Dat zijn van die dingen die je vaak of dagelijks doet, zonder enige moeite en zonder dat iemand je erbij hoeft te helpen. Je denkt er normaal gesproken niet over na hoe het is als dat allemaal niet zomaar kan. Omdat je een ledemaat mist of zelfs meer dan één of omdat je ze niet kunt gebruiken. Of omdat je een andere lichamelijke beperking hebt, bijvoorbeeld als je blind bent.

Wereldwijd zijn er heel wat mensen die in zo'n situatie zitten. Door een aangeboren kwaal of later door een ziekte of ongeluk. In sommige landen waar kort of lang geleden oorlog is geweest, wordt een ongeluk soms veroorzaakt door een landmijn. Dagelijks trappen er mensen op een landmijn of pakken er een op, omdat ze niet weten wat het is. Vooral kinderen worden op die manieren slachtoffer van een landmijn.

Toch weten mensen met een of meer lichamelijke beperkingen nog iets van hun leven te maken. Iets moois zelfs.

 


 
opdrachtDaar ga je in deze les enkele voorbeelden van zien door de bronnen in de les te raadplegen. Ook leer je hoe de Verenigde Naties ervoor zorgen dat mensen met een of meer lichamelijke beperkingen daarmee kunnen draaien in de maatschappij, alsof ze die beperkingen niet hebben. De VN helpen ook te voorkomen dat mensen door ongelukken met landmijnen lichamelijke beperkingen oplopen.

Daarna zoek je op internet een voorbeeld van hoe iemand met een lichamelijke beperking of beperkingen weet om te gaan, en welke hulp hij of zij daarbij krijgt. Zoek op internet bij het voorbeeld antwoord op de volgende vragen:

 


 
werkinuitvoeringeenuurVoor deze opdracht krijg je 1 lesuur de tijd. Kijk eerst naar de YouTube-video van ‘Rode Kruis Vlaanderen’.

Daarna deelt je leerkracht de klas in groepen van drie of vier leerlingen in. Neem samen de andere bronnen door.

Zoek dan op internet naar een persoon met een of meer lichamelijke beperkingen, die toch iets moois van zijn leven heeft weten te maken.

Doe een onderzoek naar die persoon aan de hand van de vragen in ‘Opdracht’.

Maak een presentatie over die persoon, waarin je laat zien wat je over die persoon hebt geleerd.

Het mag een podcast zijn, een power-point-presentatie of een artikel.



Kijk naar de YouTube-video ‘Rode Kruis-Vlaanderen’: 

Toelichting: Inge Franki, een medewerkster van het Rode Kruis-Vlaanderen, verzorgt Thoyen Voeung. Hij verloor een arm en een been toen hij op een mijn stapte. Thoyen Voeung woont nog altijd aan de rand van een mijnenveld in Cambodja.

 

 
Kinderen zijn speels. In een land waar oorlog is geweest, kunnen kinderen bijvoorbeeld op een landmijn trappen, als ze een bal achterna rennen, die buiten hun speelveld terechtkomt en waar toevallig –zonder dat ze het weten– een landmijn ligt.

Abdi en Khadra zijn broer en zus. Hij is 9 jaar oud, zij is 14. Ze wonen in Dhubato, een klein dorp in Somalië (Oost-Afrika). Beide kinderen waren op de geiten aan het passen bij het huis van hun ouders. Khadra zag iets uit de grond steken. Ze dacht dat het een thermoskan was en riep haar broertje. Terwijl hij naar haar toe kwam lopen, raakte ze de ‘thermoskan’ aan en die ontplofte. Hun moeder hoorde de ontploffing en kwam naar buiten rennen. Met de hulp van enkele dorpelingen werden ze snel naar het Berbera-ziekenhuis enkele kilometers verderop gebracht. Khadra verloor beide armen en werd blind. Abdi verloor vier vingers en raakte zwaar gewond aan een van zijn ogen.

landmijn

Kinderen kunnen ook slachtoffer zijn van landmijnen, zonder er zelf op te gaan staan. Lees het verhaal van Claudia uit Colombia (Latijns Amerika) maar eens. Vijf jaar geleden verloor Claudia haar vader door een ongeluk met een landmijn, die op de weg lag. Claudia kan het zich nog herinneren alsof het gisteren gebeurde. Ze was met haar vader en moeder naar de markt geweest en op de terugweg wilden ze het liefst met de bus naar huis. Maar ze hadden pech, want de bus reed die dag niet en toen zijn ze maar gaan lopen. Haar moeder was bang om in de berm van de weg te lopen, omdat er daar veel ongelukken gebeurden met mijnen. Ze drukte Claudia en haar vader daarom nog eens op het hart om op de weg te blijven. Toen hoorde Claudia plotseling een vreselijke knal. Het was een ontploffing en er was heel veel stof.

Haar vader was bovenop een mijn gestapt. De moeder van Claudia was helemaal in paniek. En al snel bleek dat haar vader het ongeluk niet had overleefd. Claudia en haar moeder waren zo bedroefd dat zij hun eigen verwondingen niet eens voelden. Maar toen haar vader eenmaal begraven was voelden zij de pijn des te meer. Niet alleen van de wonden die inmiddels behandeld waren, maar ook van het gemis.

 


 
Stel je voor dat je in een ontwikkelingsland leeft waar een oorlog plaatsvindt. Helaas is dat voor veel kinderen op de wereld de harde werkelijkheid. Word je in zo'n situatie slachtoffer van een mijn, dan sta je ineens voor veel uitdagingen. Zowel in geestelijk als in lichamelijk opzicht.

meisje afghanistanDit meisje uit Afghanistan verloor haar rechterbeen toen ze op een landmijn stapte

In deze bron hebben we een aantal uitdagingen op een rijtje gezet:  

 


 
misslandmijnEen 31-jarige vrouw is in 2008 in Angola tot mooiste overlevende van een ongeluk met een landmijn gekozen. De vrouw raakte bij een mijnexplosie een deel van haar been kwijt. De missverkiezing werd gehouden om de aandacht te vestigen op het lot van slachtoffers van landmijnen. De verkiezing, waaraan achttien vrouwen met een prothese meededen, werd uitgezonden door de televisie.

De winnares, Augusta Urica, kreeg niet alleen 1.600 euro, ze krijgt ook  een op maat gemaakte prothese. De prijzen werden uitgereikt door de Angolese presidentsvrouw Ana Paula dos Santos. De schoonheidswedstrijd was een initiatief van de Noorse kunstenaar Morten Traavik, die zich het lot van slachtoffers van landmijnen in Angola heeft aangetrokken. De Europese Unie heeft geld gegeven voor de verkiezing.

In Angola kwam in 2002 na 20 jaar een eind aan een burgeroorlog. Daarna bleven er nog miljoenen landmijnen in het land liggen. Die bleven slachtoffers maken, met enkele honderden doden en gewonden per jaar. Toen de Miss Landmijnverkiezing plaatsvond, misten rond 80.000 Angolezen een ledemaat. Minister van gezinszaken Candida Celeste zei dat de verkiezing ertoe zal bijdragen, dat mensen die door de oorlog gehandicapt zijn geraakt hun gevoel van eigenwaarde terugkrijgen. 

De Miss Landmijn-verkiezing is sindsdien een jaarlijks evenement.

 


 
Actie tegen landmijnen…
De Verenigde Naties streven ernaar om landmijnen de wereld uit te helpen. Enerzijds helpen ze bij het ruimen van landmijnen, anderzijds proberen ze te voorkomen dat er tijdens oorlogen nieuwe landmijnen worden gelegd.

De Verenigde Naties bekostigen het ruimen van landmijnen, de hulp aan slachtoffers van landmijnen en het geven van voorlichting over landmijnen aan mensen die gevaar lopen door dit soort wapens.

unmas

Bij dit alles helpen blauwhelmen mee. Dat zijn soldaten die door landen aan de Verenigde Naties zijn geleverd om de vrede te helpen bewaren in gebieden waar kort tevoren een oorlog is beëindigd.

In 1997 hebben de Verenigde Naties een verdrag aangenomen dat landen verbiedt om landmijnen, gericht tegen personen, te produceren, te verhandelen en te gebruiken. In dit verdrag staat ook dat landen die het hebben ondertekend, hun voorraden landmijnen moeten opruimen en hun mijnenvelden moeten vrijmaken van landmijnen. Elk jaar vraagt de VN een rapport over de vorderingen die hierbij zijn gemaakt. Enkele landmijnen-producerende landen hebben inmiddels hun productie en verkoop gestaakt. Ook Nederland heeft dit verdrag getekend.

In 2015 hebben de Verenigde Naties zeventien Duurzame Ontwikkelingsdoelen opgesteld, die in 2030 moeten zijn gehaald.

In artikel 16.4 staat bij deze doelen onder meer wapenstromen aanzienlijk ingedijkt moeten zijn in 2030. Daaronder valt ook het inperken van de handel in landmijnen.

Tenslotte hebben de Verenigde Naties 4 april uitgeroepen tot Internationale Dag van Aandacht voor Landmijnen.

unmas2


…en voor de emancipatie van gehandicapten
De Verenigde Naties hebben een verdrag opgesteld om de rechten van mensen met een of meer lichamelijke beperkingen te bevorderen, te beschermen en te waarborgen. In 2016 trad dit verdrag, dat de naam ‘VN-verdrag handicap’ heeft, in Nederland in werking.

De tekst van het verdrag draait om:

De overheid van elk land die dit verdrag heeft getekend moet daar aan meewerken door middel van beleid en wetgeving. Hoe de overheid dat kan doen om de positie van gehandicapten te verbeteren, geeft het verdrag aan.

Het verdrag heeft ook een Engelse naam, Convention on the Rights of Persons with Disabilities, of kortweg CRPD.

Het verdrag handicap bepaalt onder andere dat mensen met een of meer lichamelijke beperkingen  recht hebben om zelfstandig te wonen, naar school te gaan, te reizen met het openbaar vervoer, hun stem uit te brengen tijdens verkiezingen of aan het werk te zijn. Wat dat alles betreft mag het in de praktijk niet uitmaken of je een beperking hebt of niet. In Nederland moeten gemeenten, provincies en het Rijk zorgen dat dit wordt gerealiseerd.

Het verdrag zegt ook dat mensen met een of meer beperkingen zelfstandig besluiten moeten kunnen nemen, bijvoorbeeld over geldzaken of over de vraag waar zij willen wonen. Zij moeten daarbij hulp krijgen als zij daartoe niet helemaal zelf in staat zijn.

In oktober 1992 werd door de Algemene Vergadering van de VN de Internationale Dag voor Mensen met een Beperking ingesteld. Die valt elk jaar op 3 december.

 


 
In deze les wordt de leerling uitgedaagd om zich in te leven in de positie van iemand met een of meer lichamelijke beperkingen. Mensen krijgen deze beperkingen bij hun geboorte of later door een ziekte of ongeluk. In deze les gaat vooral aandacht uit naar ongelukken met landmijnen waardoor mensen een of meer lichaamsdelen verliezen.

De leerlingen leren zich in te leven door voorbeelden te bestuderen van mensen die zulke beperkingen hebben en desondanks iets moois van hun leven weten te maken.

Plan van aanpak
Voor deze les trekt u 1 uur uit of iets meer tijd als er behoefte aan is.

U laat de leerlingen de YouTube-video van ‘Rode Kruis-Vlaanderen’ zien. U deelt de klas in groepen van drie of vier leerlingen in. Van elke groep nemen de leerlingen de overige bronnen door.

Daarna zoeken de groepen op internet een voorbeeld van hoe iemand met zijn lichamelijke beperkingen weet om te gaan en welke hulp hij of zij daarbij krijgt. Het is de bedoeling dat ze door te zoeken op internet proberen antwoorden te vinden op de volgende vragen:

Ze ronden deze groepsactiviteit af met het maken van een presentatie over de persoon die ze hebben onderzocht. In die presentatie verwerken ze wat ze aan de hand van de vragen hebben geleerd over die persoon.

De presentatie mag een podcast zijn, een power-point-presentatie of een artikel. Als iedereen klaar is, kijkt u de presentaties na.

Twee voorbeelden van mensen met een of meer beperkingen:
Stephen Hawking (1942-2018): was tot in zijn studententijd gezond, kreeg toen de spierziekte ALS en raakte daardoor steeds meer verlamd. Hij moest zich dus steeds meer behelpen met hulpmiddelen als een elektrische rolstoel. Toen hij zijn stem niet meer kon gebruiken, gebruikte hij een computer met synthesizer, die een robotachtig stemgeluid voortbracht. Hij moest met deze apparaten leren omgaan. Desondanks wist hij, door baanbrekend onderzoek van het heelal, wereldfaam te verwerven. Hij gaf tot vlak voor zijn overlijden vaak lezingen en kreeg daarbij hulp van enkele zorgmedewerkers.

Stevie Wonder (1950-): is vanaf zijn jeugd blind. Om toch te kunnen lezen en schrijven, moest hij braille leren gebruiken, een speciaal schrift voor blinden. Hij leerde piano, mondharmonica en andere instrumenten bespelen en leerde zingen. Hij schreef eigen songs/nummers met sterke pop- en country-invloeden. Zijn albums (zoals Songs in the Key of Life) vonden wereldwijd veel aftrek. Hij is ook een gedreven podiumartiest.


Deze les past bij:

Kerndoel 36: De leerling leert betekenisvolle vragen te stellen over maatschappelijke kwesties en verschijnselen, daarover een beargumenteerd standpunt in te nemen en te verdedigen, en daarbij respectvol met kritiek om te gaan.

Kerndoel 39: De leerling leert een eenvoudig onderzoek uit te voeren naar een actueel maatschappelijk verschijnsel en de uitkomsten daarvan te presenteren.

 


 

 

 


 
De leerling heeft de opdracht goed gemaakt als hun presentatie:

 

verwante lessen