Op 1 september 1939 valt Duitsland buurland Polen binnen. Dat is het begin van de Tweede Wereldoorlog.
De Verenigde Staten van Amerika houden zich lange tijd afzijdig van deze oorlog. Totdat de Japanse luchtmacht op 7 december 1941 Pearl Harbor, een Amerikaanse marinehaven op Hawaii, bombardeert. Diezelfde dag nog verklaren de VS de oorlog aan Japan en Duitsland.
Al vóór de aanval op Pearl Harbor heeft president Franklin Roosevelt van de Verenigde Staten nagedacht over de oorlog en hoe de wereld ná de oorlog er uit zou moeten zien. In die nieuwe wereld zouden:
- alle volken hun eigen regering moeten kunnen kiezen.
- alle landen moeten kunnen beschikken over de grondstoffen van de wereld.
- landen geen geweld mogen gebruiken bij hun onderlinge conflicten.
Roosevelt wil dat na afloop van de Tweede Wereldoorlog alle landen van de wereld gaan samenwerken om de vrede te bewaren. Op 1 januari 1942 gebruikt hij voor het eerst in een toespraak de term ‘Verenigde Naties’. Dat zou een landenverbond moeten worden die de wereld moest inrichten zoals Roosevelt dat zag. Hij organiseert in 1943 een geheime bijeenkomst in Teheran, de hoofdstad van Iran. Dat doet hij samen met Winston Churchill, de premier van Groot-Brittannië en Jozef Stalin, de leider van de Sovjet-Unie. Tijdens die bijeenkomst licht Roosevelt zijn plan toe om de Verenigde Naties op te richten.
Op 9 mei 1945 eindigt in Europa de oorlog als Duitsland de overgave aan de Geallieerden ondertekent. De Geallieerden zijn de Sovjet-Unie, de Verenigde Staten, Groot-Brittannië en andere landen die tegen Duitsland vochten. Op 15 augustus van dat jaar geeft ook Japan zich over aan de Geallieerden. Kort daarop richten vijftig landen, waaronder Nederland, de Verenigde Naties op.
Een van de manieren om de vrede te handhaven, is er voor te zorgen dat alle mensen van de wereld beschikken over bepaalde rechten. De vrouw van president Roosevelt, Eleanor Roosevelt, wordt voorzitter van een commissie die een mensenrechtenverklaring moet opstellen.
Op 10 december 1948 is die verklaring klaar en treedt die in werking. Het heet ‘Universele Verklaring van de Rechten van de Mens’ of kortweg UVRM. Voor het eerst beschikt de mensheid over een document, waarin alle rechten die de mens moeten hebben, op papier staan. Alle landen die lid willen zijn van de Verenigde Naties moeten de verklaring onderschrijven.
Alle landen hebben beloofd zich aan de UVRM te houden. Maar in een groot aantal landen worden de mensenrechten nog regelmatig geschonden. We hebben vrijheid van meningsuiting en vrijheid van godsdienst, maar wereldwijd zitten honderdduizenden mensen op dit moment in de gevangenis omdat ze in de ogen van hun machthebbers de verkeerde mening, politieke voorkeur of godsdienst hebben. Velen van hen worden gemarteld. In enkele landen lopen mensen, die dingen zeggen die hun regeringsleiders niet bevallen, zelfs kans om hiervoor de doodstraf te krijgen. En elk jaar slaan er mensen op de vlucht, omdat ze in hun land worden vervolgd omwille van hun politieke of godsdienstige overtuiging, hun etnische afkomst of hun seksuele geaardheid.
Daarom proberen organisaties als Amnesty International en Human Rights Watch er voor te zorgen, dat in die landen waarin mensenrechten worden geschonden, een einde wordt gemaakt aan die schendingen.
Van de UVRM is in deze les verderop een versie in eenvoudige taal opgenomen.