Komt je huisarts van origine uit het buitenland? Of je tandarts? Ben je wel eens bij een medische specialist geweest die uit het buitenland komt? En heb je wel eens in een ziekenhuis gelegen en werd je toen verpleegd door mensen van buitenlandse afkomst?
Als je op tenminste één van die vragen met “ja” kunt antwoorden, dan heb je profijt (gehad) van de braindrain van artsen en andere mensen uit de zorg.
Braindrain betekent letterlijk het wegvloeien van hersenen. Braindrain houdt in dat (hoog)opgeleide mensen besluiten in het buitenland te gaan wonen en werken, omdat ze daar veel meer kunnen verdienen. Door braindrain komen er veel buitenlandse artsen en andere gezondheidswerkers naar rijke landen als Nederland.
In rijke landen komen die buitenlandse gezondheidswerkers goed van pas, zeker als er in die landen een tekort is aan gezondheidswerkers. De gezondheidswerkers die naar rijke landen komen, profiteren daar ook zelf van.
Maar zo ontstaat er wel een braindrain in het land van herkomst, zodat er daar een tekort aan artsen en andere gezondheidswerkers ontstaat.
Om het probleem rondom braindrain te helpen voorkomen, doen jullie aanbevelingen aan de Wereldgezondheidsorganisatie WHO van de Verenigde Naties en aan de Nederlandse minister van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.
Voor deze opdracht krijg je 1 lesuur de tijd. Eerst werk je aan de opdracht samen met twee of drie klasgenoten, daarna met de hele klas.
Lees met je groepsgenoten de bronnen goed door. Weet je nog andere dingen over braindrain en gezondheidszorg, die niet in de bronnen te vinden zijn, noteer die dan. Ook die kun je in de opdracht gebruiken.
Kies uit twee opties:
- Een maatregel voorstellen om te voorkomen dat gezondheidswerkers uit minder welvarende landen naar Nederland komen om hier te werken, of
- Een maatregel voorstellen om gezondheidswerkers uit minder welvarende landen, die al in Nederland zijn, aanmoedigen om weer terug te gaan naar hun land van herkomst.
Als iedereen klaar is, verzamelt je leerkracht de adviezen die jullie hebben opgesteld.
Aan de hand van die adviezen stellen jullie een brief op aan de WHO en aan de minister van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.
Veel artsen die in Afrika zijn opgeleid, zoals bijvoorbeeld in Ghana, zijn gaan werken in rijke landen als de VS, Groot-Brittannië, Australië of Canada.
Deze uittocht van artsen, en ook van andere gezondheidswerkers gaat ten koste van de gezondheidszorg in de landen waar die gezondheidswerkers vandaan komen. De meeste Afrikaanse landen hebben zelf te weinig medisch personeel om in alle plattelandsgebieden zorg te verstrekken. Laat staan dat ze uitdagingen als de aidsepidemie en die van Covid-19 het hoofd kunnen bieden. En wat te denken van het bestrijden van ziekten die het gevolg zijn van ondervoeding en vuil drinkwater?
Ook uit Azië en vanuit sommige Caraïbische landen zijn veel artsen vertrokken naar rijke landen om er te werken.
De braindrain van gezondheidswerkers naar rijke landen heeft al tientallen jaren voor personeelstekorten gezorgd bij de gezondheidszorg in Afrika, het Caraïbisch gebied en in Azië. Bij die braindrain gaat het om miljoenen gezondheidswerkers die in de loop van jaren naar rijke landen zijn verhuisd.
Rijke landen hebben zelf van tijd tot tijd een tekort een gezondheidswerkers. Dat is één van de redenen waarom er vanuit ontwikkelingslanden een braindrain van gezondheidswerkers plaatsvindt.
In de jaren 2000 bijvoorbeeld waren de gevolgen van braindrain van gezondheidswerkers goed te merken in Afrika ten zuiden van de Sahara. Waar dit toen, en nu nog steeds toe kan leiden, lees je in de bron ‘Een Afrikaans ziekenhuis’. De WHO becijferde in 2006 dat er ruim 18.000 Afrikaanse artsen werkten in de landen die zijn aangesloten bij de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling. Dat was 23% van het aantal dokters uit Afrika. Vooral de VS en Groot-Brittannië wierven in die tijd personeel in ontwikkelingslanden.
Dat zoveel gezondheidswerkers naar een rijk land verhuizen, heeft met drie zaken te maken:
- Het werven van gezondheidswerkers in ontwikkelingslanden is goedkoper en gaat ook sneller dan het in eigen land opleiden en aan het werk zetten van gezondheidswerkers.
- Sommige gezondheidswerkers in ontwikkelingslanden spreken Engels of Frans en kunnen daardoor makkelijker aarden in hun gastland. Dat maakt het makkelijker om ze aan het werk te zetten in een ziekenhuis, kliniek of huisartsenpost. Dat komt omdat hun landen van herkomst koloniën zijn geweest van Groot-Brittannië of Frankrijk. In de koloniale tijd moesten mensen in die landen op school de taal leren van de kolonisator. Ook nadat die landen zelfstandig zijn geworden, kunnen veel van hun burgers nog steeds Engels of Frans spreken.
- Geëmigreerde artsen en andere gezondheidswerkers kunnen meer verdienen dan in hun land van herkomst. Daardoor kunnen ze een deel van hun inkomen naar hun familieleden in hun land van herkomst te sturen. Dat is goed voor de economie van hun thuisland. Ook kunnen ze collega’s in hun thuisland soms helpen met hun contacten en kennis.
Iets dergelijks is ook aan de hand binnen Europa, vertelt radiomedewerkster en columniste Sheila Sitalsing:
“Op Politico.eu kwam ik onlangs een onderzoek tegen naar de effecten van het vrije verkeer waar je hier zelden iets over hoort: er is een braindrain van jewelste gaande in de zorgsector in Centraal- en Zuid-Europese landen. Artsen en verpleegkundigen verhuizen het meest tussen Europese landen, en het overgrote deel van deze stroom gaat van Oost naar West en van Zuid naar Noord, zo blijkt uit een analyse die Politico maakte van beschikbare migratiecijfers. Wat daarbij hielp, was dat de Europese Commissie het grensoverschrijdend erkennen van diploma’s eenvoudiger had gemaakt.
Landen als Roemenië, Estland, Portugal en Griekenland leiden artsen en verpleegkundigen op voor het rijke Noorden en Westen.
Een Portugese arts
Roemenië raakte tussen 2009 en 2015 de helft van zijn medisch personeel kwijt. In Slowakije heeft een op de drie medici na de EU-toetreding plannen om te emigreren naar het rijkere deel van Europa. Daar waar de lonen hoger zijn, en de arbeidsomstandigheden aantrekkelijker. In Finland heb je vijftien patiënten per dag en mag je steen en been klagen bij nummer zestien; in Estland moet je er per dag blijmoedig dertig afhandelen, tekent Politico op uit de mond van een uit Estland geëmigreerde arts.
Het onderzoek werpt een serieuze vraag op: moet er bij het vrije verkeer van personen in de Europese Unie rekening worden gehouden met de noden en behoeften van de EU-emigratielanden? Of mogen ambitieuze, reislustige EU-burgers niet de dupe worden van protectionisme, enkel omdat ze toevallig in het verkeerde deel van de unie zijn geboren?”
Bron: ‘Ik ben het product van braindrain’ op https://www.oneworld.nl/lezen/politiek/migratie/brain-drain/
De heer Traoré werkt als directeur van het ziekenhuis in een middelgrote stad ergens in Afrika. Het ziekenhuis telt tachtig bedden, maar meestal zijn er twee keer zoveel patiënten. Zo'n 160 zieken liggen niet alleen op de bedden, maar ook op matjes en in de gangen op de grond.
De zieken komen van heinde en ver. Sommigen hebben dagen gelopen of zijn met een kar naar het ziekenhuis gebracht. Er zijn geen andere ziekenhuizen of medische posten in de buurt.
Er zijn te weinig artsen en verpleegkundigen in het ziekenhuis van Traoré. Het medisch personeel dat er wel is, moet hard werken en lange dagen maken. Het lukt de directeur niet om meer personeel te vinden. Dat ligt niet aan hem. Alle medische posten in dorpen en dunbevolkte gebieden kampen met een personeelstekort.
Sterker nog, het afgelopen jaar is Traoré een arts en twee verpleegkundigen kwijt geraakt. De arts kon een baan in een ziekenhuis in de hoofdstad krijgen. Daar kan hij zijn medische kennis verdiepen, iets wat op het platteland vrijwel niet lukt. De verpleegkundigen zijn vertrokken naar een aidskliniek in de hoofdstad. Ze krijgen daar in de kliniek van een buitenlandse hulporganisatie een beter salaris en bovendien de mogelijkheid om nieuwe kennis op te doen.
Maar niet alleen de hoofdstad trekt. Vorige week werden aan zijn personeel glossy folders uitgedeeld voor een lucratieve baan in de Verenigde Staten of een ander westers land.
Wat kan Traoré bedenken om de situatie te verbeteren? Hij heeft al eens met een directeur van een ander ziekenhuis uit de regio gesproken, maar hier zijn nog geen concrete plannen uit gekomen. Ze zouden meer geld moeten hebben en het werk moet aantrekkelijker worden gemaakt, maar hoe?
De Wereldgezondheidsorganisatie WHO van de VN werd in 1946 opgericht. Sindsdien zet die zich op allerlei manieren in voor het verbeteren van de gezondheid van mensen, en vooral van mensen in ontwikkelingslanden.
De vlag van de WHO
Samen met andere (VN-)organisaties probeert de WHO ziektes als diarree, malaria, hiv/aids en tbc tegen te gaan. Ook zorgt de WHO er samen met het VN-kinderfonds UNICEF voor dat in deze landen kinderen worden ingeënt tegen mazelen, kinkhoest, difterie, polio en andere ziektes. Ten slotte speelt de WHO de rol van waakhond door een waarschuwing af te geven als er ergens een (nieuwe) besmettelijke ziekte uitbreekt. Als dat het geval is, komt ze in actie om de uitbraak te stoppen.
Zo kwam de WHO in 2003 de longziekte SARS op het spoor. Toen lukte het om de uitbraak ervan stoppen voordat het virus dat die ziekte veroorzaakt in steeds meer landen mensen kon aansteken. In november 2019 brak Covid-19 uit, eveneens een virusziekte. Ditmaal lukte het de WHO niet om de uitbraak snel te stoppen. Het virus dat Covid-19 veroorzaakt, verspreidde zich in vier maanden tijd over de hele wereld.
Een onmisbare schakel bij alles wat het WHO doet zijn de gezondheidswerkers: artsen en verpleegkundigen. Artsen zijn degenen die een diagnose moeten stellen en medicijnen kunnen voorschrijven. Verpleegkundigen zijn hard nodig om zieken te verplegen, kinderen in te enten en om voorlichting te geven.
Het opleiden van artsen en verpleegkundigen kost veel geld. Door de braindrain gaan niet alleen deze investeringen in de gezondheidszorg verloren in de arme landen waar deze gezondheidswerkers uit wegtrekken, ook kunnen in die landen minder zieken geholpen worden en overlijden er onnodig mensen omdat ze niet (op tijd) geholpen kunnen worden.
Daarom heeft de WHO een gedragscode opgesteld voor het werven van gezondheidsmedewerkers in het buitenland. Die gedragscode heet voluit ‘Code of Practise on the Recruitment of Health Personnel’ (= Gedragscode voor de Werving van Gezondheidspersoneel). Met deze gedragscode probeert de WHO de braindrain van gezondheidswerkers naar rijke landen beter in kaart te brengen en aan banden te leggen.
Niet overal ter wereld is toegang tot goede gezondheidszorg vanzelfsprekend. In sommige landen, ook in landen binnen de Europese Unie is de gezondheidszorg kwantitatief en kwalitatief onvoldoende om iedereen goede zorg te geven. Zo worden in een aantal landen niet alle kinderen ingeënt tegen gevaarlijke ziektes als polio en tuberculose.
Dit probleem wordt verergerd als uit deze landen veel artsen en andere gezondheidswerkers naar rijke landen emigreren. Deze braindrain van gezondheidswerkers wordt sterker omdat rijke landen gezondheidswerkers in het buitenland werven om personeelstekorten in hun eigen gezondheidszorg aan te vullen.
De Wereldgezondheidsorganisatie WHO van de Verenigde Naties probeert dan ook deze ongezonde braindrain goed in kaart te brengen en deze tegen te gaan. In deze les krijgen leerlingen de gelegenheid om de WHO hierbij met adviezen te helpen.
Plan van aanpak:
Voor deze opdracht geeft u ze 1 lesuur de tijd. Laat hen eerst met drie of vier leerlingen aan de opdracht werken en het laatste kwrtier met de hele klas.
Vertel ook aan de leerlingen dat ze bij het maken van de groepsopdracht ook informatie over braindrain en gezondheidszorg mogen gebruiken die niet in de bronnen te vinden is.
Iedere groep leest de bronnen door. Daarna heeft iedere groep de keuze uit twee mogelijkheden:
- Een maatregel voorstellen aan de WHO en de minister van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking om te voorkomen dat er gezondheidswerkers uit minder rijke landen naar Nederland komen om hier te werken, of
- Een maatregel voorstellen aan deze minister en de WHO om gezondheidswerkers uit minder rijke landen aan te moedigen om weer terug te gaan naar hun land van herkomst.
Ten slotte stellen de groepen hun voorstel op.
Als iedereen klaar is, verzamelt u de voorstellen. Aan de hand van die voorstellen stelt u, samen met de leerlingen een brief op met aanbevelingen aan de WHO en ook aan de minister van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.
Die brieven stuurt u per mail op aan de minister en de WHO.
Contactgegevens:
- Ministerie van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, zie https://www.rijksoverheid.nl/contact/contactgids/ministerie-van-buitenlandse-zaken-buza.
- Wereldgezondheidsorganisatie, zie https://www.who.int/about/who-we-are/contact-us.
Uitwerking:
Het komt erop aan om het voor gezondheidswerkers uit bijvoorbeeld Afrika aantrekkelijker te maken om in hun eigen land te blijven werken. Dat kan bijvoorbeeld door betere betaling voor hun werk, iets waar ook hulporganisaties of de regering van rijke landen aan bij kunnen dragen (zie de leesbron over een ziekenhuis in Afrika). In samenwerking met bijvoorbeeld UNICEF kan de WHO gezondheidswerkers helpen aan meer geneesmiddelen en aan betere apparatuur en instrumenten voor behandelingen en het stellen van diagnoses.
Ook moet het voor gezondheidswerkers die al vanuit een ontwikkelingsland of een land in Oost- of Zuid-Europa naar een rijk land zijn verhuisd, aantrekkelijker worden om naar hun land van herkomst terug te keren. Dat kan bijvoorbeeld met een aanmoedigingspremie of een verhoging van het salaris dat ze in hun vaderland gaan verdienen, in combinatie met extra investeringen voor het opleiden van gezondheidswerkers in hun eigen land.
Achtergrondinformatie:
- ‘Braindrain bedreigt wereldgezondheid’ op https://www.medischcontact.nl/nieuws/laatste-nieuws/artikel/braindrain-bedreigt-wereldgezondheid.htm.
- ‘Ik ben het product van braindrain’ op https://www.oneworld.nl/lezen/politiek/migratie/brain-drain/
- ‘The Brain Drain to Brain Gain – Supporting the WHOCode of Practise on the Recruitment of Health Personnel‘ op https://www.who.int/workforcealliance/brain-drain_brain-gain/en/
Deze les past bij kerndoel:
36. De leerling leert betekenisvolle vragen te stellen over maatschappelijke kwesties en verschijnselen en daarover een beargumenteerd standpunt in te nemen en te verdedigen, en daarbij respectvol met kritiek om te gaan.
- De leerlingen kunnen uitleggen wat braindrain is.
- De leerlingen kunnen aangeven welke voordelen braindrain van gezondheidswerkers heeft voor henzelf en voor de landen waar de gezondheidswerkers naartoe verhuizen.
- De leerlingen kunnen uitleggen waarom braindrain van gezondheidswerkers ten koste gaat van de kwaliteit van de gezondheidszorg in hun landen van herkomst.
- De leerlingen hebben nagedacht hoe braindrain van gezondheidswerkers kan worden beteugeld en zo mogelijk gestopt.
- De leerlingen hebben een globaal beeld van hoe de WHO probeert braindrain van gezondheidswerkers te beteugelen en zo mogelijk te stoppen.
De opdracht in de les is goed gemaakt als de voorstellen in de brieven aan de WHO en aan de minister van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking gebaseerd zijn op de informatie die in de les is verwerkt en op andere informatie die bruikbaar is voor het opstellen van adviezen ter beteugeling van braindrain van gezondheidsmedewerkers.