Grote sprong naar het oosten


Vanaf 1973 sloten steeds meer Europese landen zich aan bij de Europese Unie.
lijstlandeneu2

Eerst waren dat vooral landen in het westen van Europa. In 2004, 2007 en 2013 breidde de EU zich ineens een flink stuk in oostelijke richting uit. Tot 1989 was dat niet mogelijk, daarna wel. Hoe komt dat?



opdrachtDat zoeken jullie uit door eerst de bronnen in de les te bekijken of te lezen en daarna door op een  lege landkaart van Europa landen een eigen kleur te geven. Hoe je dat precies doet, lees je in ‘dit ga je doen'. Als je alle Europese landen de goede kleur hebt gegeven, heb je laten zien dat je weet hoe de vork in de steel zit.



werkinuitvoeringeenuurVoor deze opdracht krijg je 1 lesuur de tijd. Maak de opdracht alleen of met een klasgenoot. Je krijgt van je juf of meester een blanco landkaart van Europa en een rode, een groene en een blauwe kleurpen of kleurenstift. Doe er nog niets mee.

Als je klaar bent laat de kaart dan aan de juf of de meester zien.


 
De landkaart in de video laat duidelijk zien hoe de EU telkens een stuk groter is geworden. Na het maken van het filmpje zijn er nog twee wijzigingen gekomen: Kroatië werd lid in 2013 en in 2020 verliet Groot-Brittannië de Europese Unie.


 
Tijdens de Tweede Wereldoorlog (1939-1945) vochten Duitsland, Japan en Italië tegen de Geallieerden. Dat waren de Verenigde Staten, Groot-Brittannië en de Sovjet-Unie. De Geallieerden wonnen de oorlog. In de oorlog werkten ze samen maar na de oorlog kwamen VS en Groot-Brittannië als vijanden tegenover de Sovjet-Unie te staan. Als tegenstandrs verdeelden ze Europa in een oostelijk en een westelijk deel. De scheidslijn kwam in Duitsland te liggen. Duitsland werd in tweeën gedeeld: West- en Oost-Duitsland. De hoofdstad van Duitsland, Berlijn, lag in Oost-Duitsland. De stad werd ook in tweeën gedeeld. Oost-Berlijn werd de hoofdstad van Oost-Duitsland. West-Berlijn bleef deel van West-Duitsland. Het was wel moeilijk geworden om er te komen. Dat kon alleen via een smalle strook over land en via de lucht. 

berlijn1962De bouw van de Muur in Berlijn

Alle landen Oost-Europa werden samen het Oostblok genoemd en kregen een communistische regering. De scheidslijn tussen het westen en het Oostblok kreeg de naam ‘IJzeren Gordijn’. Door grensbewaking, prikkeldraad, stroomdraden en mijnenvelden was het bijna onmogelijk de grens over te gaan. Ook Berlijn moest er aan geloven: In augustus 1961 liet de regering van Oost-Duitsland een muur bouwen tussen de twee stadsdelen. De muur werd streng bewaakt, wie probeerde die stiekem over te steken liep grote kans om door een grenswacht doodgeschoten te worden.



Tussen 1989 en 1991 verdween het IJzeren Gordijn. In 1989 viel de muur en mocht Berlijners weer van de ene naar de andere kant. Ook de grens tussen Oost- en West-Duitsland ging open. Daarna kwamen de communistische regeringen in andere Oostbloklanden ten val en in 1991 hield de Sovjet-Unie op te bestaan. De landen die deel waren van de Sovjet-Unie werden allemaal zelfstandig. De landen in het Oostblok konden vanaf dat moment zelf bepalen met wie ze wilden samenwerken.

eindeijzerengordijn



Op 1 mei 2004 kreeg de EU er tien landen bij. Daarmee groeide het aantal landen van de EU van 15 tot 25. Nooit eerder traden zoveel landen tegelijk toe tot de Unie. 

eu overzicht 28 landen


 
Trek voor deze lesbrief 1 lesuur uit. Laat de leerlingen de opdracht in de lesbief individueel of in tweetallen maken.
Print voor iedere leerling de blanco kaart van Europa uit en deel die aan de klas uit. Geef iedere leerling ook een rode, een blauwe en een groene kleurpotlood of kleurenstift.

blanco kaart europese unie


Laat de leerlingen de bronnen raadplegen of neem samen met de leerlingen deze bronnen door.  Dat geeft u de gelegenheid om toelichting te geven als daaraan behoefte bestaat bij (een deel van) de leerlingen.
Hierna kunnen de leerlingen aan de slag met de landkaart..

Als iedereen klaar is, haalt u de landkaarten op en kijkt ze na.

De opdracht sluit aan bij:
Kerndoel 51

Kerndoel 52


 



De leerlingen hebben de opdracht goed gemaakt als:

verwante lessen