Bora Bora, Canarische Eilanden en Tahiti. Ceuta, Sint-Eustatius en Moorea. Mellila, Saba en Sint-Maarten. Namen van gebieden en eilanden die niet in Europa liggen, soms duizenden kilometers van Europa vandaan. De reis er naar toe duurt per vliegtuig uren, per schip soms dagen. En je hebt alle kans op een stevige jetlag of een dosis zeeziekte! Ondanks de afstand zijn de gebieden en eilanden toch met de Europese geschiedenis verbonden. En ze zijn elk verbonden met een land dat lid is van de Europese Unie.Sint-Maarten
Jullie zoeken uit:
- met welk land van de EU de gebieden of eilanden zijn verbonden, en
- waarom ze met dat land zijn verbonden
Lees goed hoe je het moet aanpakken bij 'Dit ga je doen . . '.
Je werkt in groepjes van twee of drie. Voor deze opdracht krijg je één lesuur de tijd.
Jullie krijgen van de juf of meester een blanco wereldkaart en een blad met verschillende afbeeldingen: van munten, van staatshoofden en van andere afbeeldingen. Deze afbeeldingen hebben te maken met drie van de negen eilanden die jullie van de juf of meester krijgen toegewezen: Bora Bora, Canarische Eilanden, Ceuta, Melilla, Moorea, Saba, Sint-Eustatius, Sint‑Maarten en Tahiti. Het zijn dezelfde afbeeldingen als in de bronnen staan. De afbeeldingen zijn door elkaar gehusseld. Het is aan jullie om na te gaan welke afbeeldingen bij elkaar horen.
Dat doen jullie zó:
- Zoek op waar deze gebieden en eilanden liggen. Gebruik een atlas, een globe of zoek op internet.
- Teken deze eilanden in op jouw blanco wereldkaart.
- Schrijf op de wereldkaart bij elk de naam die het gebied of eiland heeft.
- Knip uit het afbeeldingenvel de afbeeldingen uit.
- Maak van de afbeeldingen drie setjes, een setje voor elk drietal gebieden en/of eilanden (1 staatshoofd, 1 of 2 muntsoort(en), 3 typische kenmerken) dat bij een land van de EU hoort.
Je kunt een nog grotere blanco wereldkaart vinden op https://nl.dreamstime.com/royalty-vrije-stock-afbeeldingen-lege-wereldkaart-image4506299.
De teksten in en onder de afbeeldingen van de bronnen helpen je op weg.
Als jullie deze aanwijzingen goed hebben opgevolgd weten jullie ook bij welke lidstaat van de Europese Unie de gebieden of eilanden horen.
Vul nu onderstaand formulier in:
Saba . . . . . . . . . . . . en . . . . . . . . . . . . maken deel uit van lidstaat . . . . . . . . . . . .
Canarische Eilanden . . . . . . . . . . . . en . . . . . . . . . . . . maken deel uit van lidstaat . . . . . . . . . . . .
Tahiti . . . . . . . . . . . . en . . . . . . . . . . . . maken deel uit van lidstaat . . . . . . . . . . . .
Trek een cirkel rond elk eiland op de wereldkaart met drie verschillende kleuren. Geef de bijbehorende lidstaat dezelfde kleur als de cirkel.
Jullie weten nu bij welke lidstaat van de EU welk gebied of eiland hoort, maar nog niet sinds wanneer en waarom. Lees daarvoor de 'EU-feiten'. Schrijf op het formulier bij elk drietal gebieden of eilanden op sinds wanneer en waarom die band tussen de gebieden en eilanden en de lidstaat bestaat.
Je ziet hier drie staatshoofden (van links naar rechts): President Emmanuel Macron , Koning Felipe VI en Koning Willem-Alexander. Bij welk land behoren deze staatshoofden?
Met welke muntsoort kun je betalen in welk gebied of eiland?
|
![]() |
![]() De naam van het eiland betekent "gele hagedis". Naast toerisme verdienen de inwoners van het eiland met de verkoop van ananassen. |
![]() Bezoekers komen vaak voor Fort Oranje dat ligt in Oranjestad. |
![]() bestaat uit zeven grote en zes kleinere eilanden. De eilanden trekken veel toeristen. De naam van de eilandengroep komt van een vogel die veel in een kooitje worden gehouden. |
![]() Rechts is de uitgedoofde en deels weggezakte vulkaan te zien. In 1722 werd het eiland 'ontdekt' door de Nederlander Jacob Roggeveen. |
![]() met de kortste landingsbaan van de wereld. Er wonen maar 1800 mensen, verdeeld over zes dorpen. |
![]() De stad komt ook regelmatig in het nieuws omdat migranten illegaal proberen de stad te bereiken, in de hoop dat ze naar het EU-land worden doorgestuurd. |
![]() Op het strand komen de vliegtuigen soms op maar 10 meter hoogte voorbijvliegen. |
In 1957 spraken zes Europese landen af om meer met elkaar te gaan samenwerken. De afspraak werdt vastgelegd in een verdrag, het Verdrag van Rome. Op 1 januari 1958 trad dat verdrag in werking en werd de Europese Economische Gemeenschap of EEG geboren.
Op de afbeelding zie je de plek waar de afgevaardigden van de landen het verdrag ondertekenden: een prachtige kamer in een museumpaleis in Rome.
Inmiddels is de EEG uitgegroeid tot de Europese Unie, de EU.
Twee van de EEG-leden, Nederland en Frankrijk hadden toen ze de EEG oprichtten nog banden met (vroegere) koloniën buiten Europa. Deze koloniën liggen ver buiten Europa. Daarom worden ze landen en gebiedsdelen overzee (LGO’s) genoemd.
Het verdrag van Rome bepaalt dat deze LGO’s onderdeel blijven van de lidstaten. En dus horen ze ook bij de Europese Unie. Wat voor Nederland en Frankrijk geldt, geldt later ook voor de nieuwe leden. In 1973 komen Ierland, het Verenigd Koninkrijk (Engeland, Schotland, Wales en Noord-Ierland) en Denemarken erbij. In 1981 volde Griekenland en in 1986 volgden Spanje en Portugal. Spanje heeft nog steeds gebieden buiten Europa.
Dat Aruba, Bonaire, Curaçao, Saba, Sint-Eustatius en Sint-Maarten een speciale band hebben met een land van de EU merken de bewoners van deze eilanden telkens als er verkiezingen voor het Europees Parlement gehouden worden. Volwassen eilandbewoners mogen dan hun stem uitbrengen.
Op Bonaire, Saba en Sint-Eustatius kun je vanaf 2010 in euro's (én dollars) betalen, een bewijs te meer dat deze eilanden een speciale band hebben met een land van de EU. Ook op het Franse deel van Sint‑Maarten kun je in euro betalen. Op Sint-Maarten en Curaçao betaal je met de Antilliaanse gulden.
Hoewel ook Tahiti, Bora Bora en Moorea een speciale band hebben met een land van de EU kun je er niet in euro's betalen. Deze eilanden hebben samen met andere eilanden in de Stille Oceaan die onder Frans koloniaal bestuur hebben gestaan en nu bij Frans-Polynesië horen een andere munt, de CFP- of Frans-Pacefische frank. Hiermee kun je op al deze eilanden betalen.
In de gebieden en eilanden van het land dat in 1986 lid werd van Europa kun je wel met de euro betalen.
Trek voor deze les een uur uit. Laat de leerlingen in groepen van drie aan de opdracht werken.
Het gaat er in deze les om dat de leerling begrijpt dat een aantal lidstaten ook grondgebied buiten Europa heeft. In een aantal gevallen betreft het voormalige koloniale gebieden. De status van deze overzeese gebieden in relatie tot de Europese Unie is vastgelegd in het Verdrag van Rome uit 1957. Krachtens dit verdrag werd de Europese Economische Gemeenschap, de eerste voorloper van de Europese Unie opgericht.
De lesbrief gaat niet in op het complexe karakter van de grondgebieden overzee en de status die ze innemen binnen de Europese Unie.
Eerst geeft u elke groep leerlingen een exemplaar van de blanco wereldkaart en prints van de diverse afbeeldingen in de bronnen.
Eventueel kunnen ze informatie vinden bij Wikipedia (met name teksten in de bron 'Typische kenmerken' zijn in de diverse Wikipedia-teksten te vinden).
Uitwerking
Sinds de oprichting van de EEG in 1958 maken Saba, Sint-Maarten en Sint-Eustatius deel uit van lidstaat het Koninkrijk der Nederlanden en maken Tahiti, Bora Bora en Moorea deel uit van lidstaat Frankrijk.
Sinds de toetreding in 1986 tot wat dan inmiddels de Europese Gemeenschap is geworden maken de Canarische Eilanden, Ceuta en Melilla deel uit van lidstaat Spanje.
Er zijn tijdens het verdrag van Rome twee classificaties vastgesteld: de LGO's (Landen en gebieden overzee) en de UPR's (Ultraperifere regio's).
De voor deze opdracht geselecteerde gebieden en eilanden(groepen) behoren tot de LGO’s (Frankrijk en Nederland) en verwante EU-verdragen (Spanje).
De LGO's behoren grondwettelijk gezien bij de lidstaten en de onderdanen hebben de nationaliteit van de lidstaten waartoe ze behoren.
Het is echter niet zo dat de inwoners van de LGO's dezelfde rechten en plichten hebben als de inwoners van de lidstaten waartoe ze behoren. Die rechten en plichten worden in overleg met de lidstaat bepaald. Bij voorbeeld: de regering van Nederland verleende in 2008 het actieve kiesrecht voor de verkiezing van de leden van het Europees Parlement aan alle Nederlanders die in de Nederlandse Antillen en Aruba woonachtig zijn. Daarvoor hadden ze alleen passief kiesrecht.
Ook al zijn de LGO's geen direct lid van de Unie, er is wel degelijk overleg op EU-niveau. Zo bepaalt het Verdrag van Rome dat de inwoners van de LGO's burgers van de Unie zijn (unieburgers) en "moet de associatie in de eerste plaats de mogelijkheid scheppen de belangen en de voorspoed van de inwoners van die landen en gebieden te bevorderen, teneinde hen te brengen tot de economische, sociale en culturele ontwikkeling welke zij verwachten". In 2008 brengt de Commissie een Groenboek uit waarin ze haar wensen voor toekomstige betrekkingen met de LGO's uiteenzet.
Deze les sluit aan op de volgende kerndoelen:
kerndoel 50
- De leerlingen leren omgaan met kaart en atlas, beheersen de basistopografie van Nederland, Europa en de rest van de wereld en ontwikkelen een eigentijds geografisch wereldbeeld
kerndoel 51
- De leerlingen leren gebruik te maken van eenvoudige historische bronnen en ze leren aanduidingen van tijd en tijdsindeling te hanteren
kerndoel 52
- De leerlingen leren over kenmerkende aspecten van de volgende tijdvakken: jagers en boeren; Grieken en Romeinen; monniken en ridders; steden en staten; ontdekkers en hervormers; regenten en vorsten; pruiken en revoluties; burgers en stoommachines; wereldoorlogen en holocaust; televisie en computer
- De leerlingen weten dat er naast 27 lidstaten ook niet-Europese gebieden en eilanden tot de Europese Unie behoren.
- De leerlingen weten dat je soms ook buiten Europa met de Euro kunt betalen.
De leerlingen hebben de opdracht goed gemaakt als ze:
- de juiste namen, staatshoofden, muntsoorten en typische kenmerken op hun wereldkaart hebben getekend en geplakt.