Concentratiekampen - voor de docent: info


In deze les gaan leerlingen na waarom werkkampen en doorgangskampen tijdens de Tweede Wereldoorlog her en der verspreid lagen in het deel van Europa dat door Duitsland was bezet en vernietigingskampen waar de Nazi’s de massamoord op Europese joden pleegden bijna allemaal in Polen. Tevens zien de leerlingen waarom juist in deze kampen de meeste joden zijn omgekomen.

Plan van aanpak
Voor deze les trekt u 1 uur uit. U laat de leerlingen in tweetalen werken aan de opdracht in de les.

Het is de bedoeling dat elk tweetal een artikel van hooguit ½ A4-tje schrijft dat in de schoolkrant geplaatst kan worden of online als Facebookpagina voorzien van een titel die de inhoud van het artikel duidelijk weergeeft..

Als iedereen hiermee klaar is, kijkt u de artikelen na.

Uitwerking
Er waren meer dan 60 concentratiekampen, maar 7 daarvan waren een vernietigingskamp. De vernietigingskampen waar joden massaal zijn vermoord (en ook veel andere mensen) lagen op een na allemaal in Polen omdat:

  1. Polen zelf de grootste joodse gemeenschap had van elle landen die bezet waren en andere landen met een grote joodse gemeenschap er niet ver vandaan lagen.
  2. Polen per trein goed bereikbaar was vanaf de rest van het vasteland van Europa.
  3. Polen en het oosten van Duitsland centraal lagen in het deel van Europa dat in 1942 door Duitsland was bezet.

Hier zij wel opgemerkt dat de Sovjet-Unie in 1940 na Polen het land was met de grootste joodse bevolkingsgroep, maar dat er van die joden maar weinigen naar concentratiekampen zijn afgevoerd. Dat kwam omdat maar een deel van het land door Duitse troepen bezet is geweest en op sommige plaatsen maar voor korte tijd. Wel gingen er tijdens veldtochten van Duitse soldaten in de Sovjet-Unie speciale eenheden mee die belast waren met het oppakken en vermoorden van joden. Dat deden die eenheden telkens als Duitse troepen een dorp of stad hadden veroverd op het leger van de Sovjet-Unie. Op die manier is een groot deel van de joodse bevolkingsgroep in de Sovjet-Unie omgekomen.

Kerndoelen
50 De leerlingen leren omgaan met kaart en atlas, beheersen de basistopografie van Nederland, Europa en de rest van de wereld en ontwikkelen een eigentijds geografisch wereldbeeld.
52 De leerlingen leren over kenmerkende aspecten van de volgende tijdvakken: jagers en boeren; Grieken en Romeinen; monniken en ridders; steden en staten; ontdekkers en hervormers; regenten en vorsten; pruiken en revoluties; burgers en stoommachines; wereldoorlogen en holocaust; televisie en computer.

 

verwante lessen

Login Form